Popunie tourverslag Ugandan Recordings deel 1

Er hangt een vreemde, weeïge geur in de studio. Pas later realiseer ik me dat de lucht het resultaat is van reeds geconsumeerde Waragi, die nu uit de monden en poriën walmt van de aanwezige artiesten, engineers, filmers en (andere) opportunisten. Het forse gebruik van de goedkope en immens populaire Oegandese gin begin ik later ook te herkennen aan de rode ogen die het veroorzaakt. Door de overbelaste speakers knalt Uncle Kony van de artiest Lucky Bosmic Otim.

Aan de muur hangen posters van Oegandese artiesten als Chameleon, Lumix en Pato Loverboy, maar ook Avril Lavigne en Lil Wayne ontbreken niet aan de collectie. De studio draait alleen als er stroom is, vandaag hebben we geluk. Twee ijzerdraadjes zijn in het stopcontact gestoken en komen uit in een stekkerdoos, waar de hele studio door gevoed wordt. Soundbeats is de enige studio in Kitgum, mijn vriend City-Boy is de eigenaar; producer en artiest van beroep.

Ik ben de enige muzungu in de studio, daar ben ik inmiddels aan gewend. In het noorden van Oeganda komen niet veel blanken voor, een echt toeristische bestemming is het niet. De aanwezige artiesten in de studio vertellen me dat ze geld nodig hebben voor promotie. In hun ogen staat een blanke gelijk aan een stapel geld. Ik leg ze uit dat de muziek business in Nederland niet anders werkt dan in Oeganda en ik ze daarom helaas moet teleurstellen.

Twee maanden eerderIk zit in de bus van Kampala naar Kitgum (Noord-Oeganda), daar waar het allemaal moet gaan gebeuren. De sfeer in de bus is goed, mensen praten met elkaar, lachen, zingen en klappen mee met de muziek van Jim Reeves die door de speakers knalt:

Across the bridge, there’s no more sorrow
Across the bridge, there’s no more pain
The Sun will shine across the river
And you’ll never be unhappy again

Het kolkende water van de Nijl stroomt onder de bus door als we over de brug via Karuma Falls eindelijk Acholi-land binnenrijden. Kippen vliegen op in het rode stof dat via kieren de bus binnenkomt. Mijn medepassagiers kijken verheugd, ze zijn weer terug in hun thuisland waar deposho op hen wacht en ze met vrolijke Acholi kreten welkom worden geheten. Nog maar enkele jaren geleden had deze oversteek een heel andere betekenis. Het noorden was gedurende twintig jaar het toneel van brute misdaden, waar militairen en het leger van de Heer (LRA) vrij spel leken te hebben. Hoewel het Oegandese leger de taak had om burgers te beschermen, deed zij helaas vaak niet onder voor Joseph Kony’s rebellenleger van plunderaars, verkrachters en moordenaars. Naar schatting werden tussen de 25.000 en 60.000 kinderen door de LRA ontvoerd en gedwongen te moorden, terwijl ruim negentig procent van de burgers in Noord-Oeganda door de overheid in overbevolkte kampen werd geplaatst ‘ter bescherming’ voor aanvallen van rebellen.

De grens van deze wreedheden liep langs rivier de Nijl, die Acholi-land op deze plek van de rest van Oeganda scheidt. De poort naar de hel was de grote brug over die rivier, bij de prachtige Karuma Falls, die onze bus net achter zich heeft gelaten. Kijkend naar het mooie landschap en de vredige mensen om mij heen, kan ik bijna niet geloven dat dit bloederige conflict slechts zeven jaar geleden is beëindigd.

Mijn doel in OegandaDe reden dat ik hoofdstad Kampala heb bezocht was het kopen van een motor, waar ik de komende zes maanden met mijn opnameapparatuur het noorden van Oeganda mee onveilig ga maken. De ultieme ‘mobiele studio’!

Mijn ‘nieuwe’ motor was ooit een Honda, maar er zijn zoveel onderdelen vervangen, dat niemand precies weet wat het nu is. In ieder geval heeft het vervoer per grote, roestige vrachtwagen van de hoofdstad naar Kitgum de motor geen goed gedaan: de knipperlichten hangen er bij aankomst vanaf, de standaard is gebroken en overal zijn deuken te zien. Misschien nog erger, de motor wil ook niet meer starten. Gelukkig kunnen ze in Afrika alles weer aan elkaar lassen of met rubber aan elkaar binden.

Speciaal voor deze trip heb ik een mobiele recorder aangeschaft, waarmee ik acht sporen tegelijkertijd kan opnemen. De recorder kan dankzij accu’s zelfs twee dagen zonder stroom. Dat kan nog wel eens goed uitkomen hier! Ik heb contact met verschillende NGO’s om muziek op te nemen voor documentaires en andere projecten. Ik ben vooral op zoek naar traditionele muziek, wat moeilijker vindbaar is dan verwacht. Afrobeat, dancehall en reggae zijn veel ruimer vertegenwoordigd in het kleine stadje Kitgum.

De twintig rijkste Oegandese artiesten, af te lezen aan hun huizen en auto’s.

Radio
Radio is de belangrijkste bron van informatie voor veel mensen die op het platteland wonen, zoals de meerderheid in Oeganda. In de dorpjes ver van de ‘bewoonde wereld’ wordt geen krant bezorgd en heeft men geen toegang tot internet of televisie. Een radio kan iedereen kopen, die zijn niet zo duur. Er zijn vijf grote radio-zenders in Kitgum, waarvan sommige alles draaien wat populair is, van country tot aan afrobeat. Van de religieuze zenders is Mighty Fire de belangrijkste, waarop christelijke country muziek een populair genre blijkt.

De grootste zender die populaire muziek draait en lokale artiesten airplay geeft is Pol FM. Ik besluit langs te gaan om te kijken wat er speelt en ik spreek met de programmamakers en dj’s. De studio is eigenlijk best goed uitgerust, de zender reikt tot ver buiten de provincie Kitgum. Ik heb geluk en kom toevallig binnen tijdens een uitzending waar veel lokale plaatjes gedraaid worden. Bellers worden te woord gestaan door DJ Benard in een absurd snelle versie van een taal die ik toch al niet versta; Leb Acholi. Tussen de praatjes door vraagt de dj mij steeds om verzoek nummers, waarop ik de artiesten aanvraag die ik inmiddels ken vanuit de Soundbeats studio.

Ook draait de dj op mijn verzoek traditionele muziek. Ineens besef ik me dat radio een ultieme kans biedt om de traditionele artiesten die ik zoek te bereiken: een oproep via de radio zou een goed startpunt zijn! Om het ook voor het radioprogramma interessant te maken, stel ik de dj voor er een talentenjacht van te maken. We brainstormen over een uitzending waarin verschillende traditionele muziekgroepen één stuk spelen, gevolgd door een interview met de dj. De luisteraars mogen hun favoriete groep doorbellen en de groep met de meeste stemmen krijgt een opname door m’n eigen Scandal Studios cadeau. Kitgum’s Got Talent, maar dan met traditionele instrumenten zoals de houten xylofoon en de éénsnarige viool. Dat klinkt als een hit?!

Wordt vervolgd…

Na mij vol overgave in de lokale muziekindustrie te hebben geworpen, zijn de eerste maanden voorbij gevlogen. Na het voeren van gesprekken met diverse organisaties, tientallen ontmoetingen met lokale artiesten, bijzondere studio-opnamen, prille radio-ervaringen, de gastvrijheid van mensen met namen als City-Boy en G-Tale, voorzichtige ritjes op mijn nieuwe motor en het opsnuiven van de vriendelijkheid van de lokale bevolking, breekt nu een nieuwe periode aan. Vol van verwachtingen over nieuwe (muzikale) avonturen begin ik aan de laatste vier maanden van mijn verblijf in Kitgum. Ik houd jullie op de hoogte.

Ondersteund door WordPress | Thema: Baskerville 2 door Anders Noren.

Omhoog ↑